Ook in corona-tijd gaat Harmke op reis, ditmaal naar de Aostavallei, een autonome regio in Noord-Italië. De sfeer in de dorpjes is vriendelijk en er is genoeg te doen: van fietsen op een e-bike in de bergen tot relaxen in een sauna met alpenkruiden. En de ochtendzon zet de Mont Blanc in een gouden gloed!

Uitzicht op de Mont Blanc bij zonsopgang

Rondje door Cogne

Mijn medereizigers en ik vliegen op Milaan. Per minibusje rijden we van luchthaven Malpensa naar het dorpje Cogne midden in Valle d’Aosta. Op weg naar de bestemming passeren we fraaie kasteeltjes op heuveltoppen. Cogne is een klein charmant dorp op 1550 meter hoogte met veel wandel- en fietsmogelijkheden in de omgeving. We checken in bij het folkloristische Hotel du Grand Paradis gelegen naast een prachtige parochiekerkje en maken een rondwandeling door het dorp. We lopen langs huizen met leien daken, moestuintjes en bloembakken. Er is een etnografisch museum en boetiekjes met sportkleding en culinaire streekproducten zoals tegole, populaire ronde koekjes.

Kerk in Cogne

Huizen met leien daken

Bloembakken in Cogne

Lokale wijn en brood

We borrelen in de ruime lobbybar van hotel Sant’Orso & Terrazza, het modernere ‘zusje’ van hotel du Grand Paradis. We proeven er een geweldige lokale rode wijn, die afkomstig blijkt van wijngoed Les Crêtes in Valle d’Aosta. Mon Rouge heet deze robijnrode wijn. We eten er een punt van een ronde cake bij, Pandolce di Cogne ofwel ‘zoet brood uit Cogne’. Een soort panettone. Ook voor het diner schuiven we hier aan. Hoewel Italianen hun hand niet omdraaien voor een voorgerecht, tussengerecht, hoofdgerecht én dessert, slaan wij het hoofdgerecht over. We starten met kaas en vlees. Daarna kies ik voor risotto met rode biet en blauwe kaas. Als dessert eet ik tarte tatin van lokale appeltjes.
lescretes.it

Brood en wijn

Lokale kazen en vleeswaren

Biken in de bergen

Met lokale gids Lorenzo gaan we e-biken in de bergen. Hij leidt ons naar Parco Nazionale Gran Paradiso. Dit nationale park grenst aan het dorpje Cogne. We houden halt bij een kudde schapen die bijeengedreven wordt. De dieren worden voor het winterseizoen van de hooggelegen berghelling naar lagere regionen gebracht. Met onze solide e-bikes rijden we vervolgens in een lekker tempo door het nationale park. Soms gaan de paden steil omhoog en is het fijn dat er een ‘boost’-knop op het stuur zit. Op vlakke delen voldoet de eco- of trail-stand. Het landschap is bijna onwerkelijk prachtig… We pauzeren bij een kabbelend beekje tegen het decor van ruige rotsen en besneeuwde alpentoppen. Meer informatie op cogneturismo.it

Entree van NP Gran Paradiso

Harmke op de e-bike

Schapenhoeders en hun kudde

Lunchen in een berghut

Onze lunchplek is een knusse berghut. De tafels zijn gedekt met rode kleedjes en groene servetten. Het haardvuur brandt. Er hangen rode klompen voor het raam en lantaarns sieren het plafond. Een meisje in dirndl, de traditionele feestjurk uit Tirol, bedient ons. We eten gnocchi (letterlijk ‘klontjes’) met Fontina-kaas en toe panna cotta met rood fruit. Fontina-kaas komt uit het Aostadal en wel uit de plaats Pré-Saint-Didier. De kaasmakers doen hun werk in een grot waar de kazen rijpen. Fontina mag zich de ‘koningin der kazen’ uit de Aosta-vallei noemen en kreeg als eerste kaas uit de regio het DOP-keurmerk. De kaas wordt bereid van de volle rauwe melk van Valle d’Aosta-koeien.

Vrolijk gedekte tafels

Panna cotta als dessert

Serveerster in dirndl

Skyway Monte Bianco

We gaan per minibus door naar Courmayeur. Aan de rand van dit chique dorpje – een leuke winkelstraat is de Via Roma – nemen we de Skyway Monte Bianco, een gondel die ronddraait terwijl hij vanuit het dal omhoog raast. Om te wennen aan de hoogte stappen we uit op het tussenstation. We drinken er een koffie en bezoeken wijnkelder Cave Mont Blanc. Heel bijzonder: wijnproductie op 2173 meter hoogte! Er is hier bovendien een botanische tuin, die open is als de sneeuw weg is. Je ziet er alpenbloemen waaronder het delicate witte bloempje edelweiss. we gaan door naar de top: Punta Helbronner op een duizelingwekkende hoogte van 3466 meter! We lunchen hier bij Bistro Panoramic met gnocchi en lokale witte wijn.
montebianco.com/en

Skyway in Courmayeur

Koffie op de berg

Cave Monte Bianco

Termen van Pré-Saint-Didier

We gaan weer on the road en checken vandaag in bij Hotel QC Terme Monte Bianco in Pré-Saint-Didier. Dit hotel ligt niet ver van de bekende termen Het termengebouw is een oud paleis met grote tuin. Er zijn tal van thermale baden, whirlpools, sauna’s en relaxruimtes. Helaas zijn de termen van Pré-Saint-Didier zó geliefd dat we nauwelijks een plaatsje in een van de bubbelbaden of sauna’s weten te veroveren. We besluiten terug te gaan naar ons hotel en zoeken onze heil in de spa aldaar. Het blijkt een fantastische spa te zijn met een binnen- en buitenbad. Het uitzicht op de bergen is beeldschoon. In de saunaruimte met de geur van alpenkruiden en klanken van klassieke muziek word ik weer helemaal zen.
qcterme.com

Spa van Pré-Saint-Didier

De tuin van de termen

Thermale baden

Kasteel Forte di Bard

Het Aostadal is zoals gezegd vergeven van de kasteeltjes. Wij bezoeken Forte di Bard dat van de adellijke Savoy-familie is geweest. Dit machtige kasteel bestaat uit drie gedeelten. Tegen de voet van de heuvel ligt het bijbehorende dorpje met slechts 120 inwoners. We zoeven met een panoramalift omhoog naar het fort en krijgen een rondleiding van gids Antonella. “Dit militaire fort is gebouwd tussen 1830-1838,” vertelt ze. Het ligt aan een rivier en was bedoeld om nieuwe aanvallen uit Frankrijk af te slaan na de invasie van Napoleon in 1800. Napoleon was op weg naar de Piëmont-regio. Het dorpje bood dapper weerstand waarop Napoleon het kasteel verwoestte. Het werd door de Savoy-familie herbouwd tot dit monumentale fort dat nu dienstdoet als museum.
fortedibard.it/en

De rivier Dora Baltea

Forte di Bard

Uitzicht vanaf het fort

De stad Aosta

Aosta is de hoofdstad van de Aostavallei. Hier eindigt onze trip. We logeren bij hotel HB Aosta op een gunstige locatie net achter de hoofdstraat. De stad werd gesticht door keizer Augustus. Ik slenter door de levendige winkelstraten en bewonder het enorme stadhuis. Verderop is een Romeinse brug. Ik kom uit bij de triomfboog van Augustus. Via een zijstraat beland ik bij een café met romantische tuin. Het gebouw is een voormalig paleis. Il Giardino del Café Palais Ansermin heet de cafétuin. Van de vriendelijke ober krijg ik een hele schaal koekjes bij de koffie. Bij het diner met de groep in restaurant Ad Forum komt daar nog de dagelijkse dosis Fontina-kaas bij, want die zit in bijna elk lokaal gerecht!

De triomfboog van keizer Augustus

Winkelen in Aosta

Koffie in de tuin van een paleisje

3x logeren

Cogne: Hotel Grand Paradiso

Alpenhotel in hartje Cogne. De stijl is folkloristisch te noemen en het is er fris en schoon. Op zolder zit een knusse spa. Hotelgasten hebben ook toegang tot de spa van zusterhotel Sant’Orso een straat verderop. Deze spa is groot en modern.
hoteldugrandparadis.com en hotelsantorso.com/it

Hotel du Grand Paradis in Cogne

Hotel Sant’Orso

Pré-Saint-Didier: QC Terme Monte Bianco

Resort met een heel mooie uitgebreide spa. Het diner is in dit hotel ook verrukkelijk, van aubergine met parmezaan tot grenache met mandarijn. En als ik ’s ochtends de gordijnen open, kijk ik recht op de Mont Blanc in een gouden gloed.
qcterme.com/it/pre-saint-didier/qc-termemontebianco-hotel

Kamer in hotel QC Terme

Aosta: HB Aosta Hotel

Stadshotel op een gunstige locatie. Het is misschien niet het meest sfeervolle hotel van de reis, maar wel heel netjes. En dat je zó van het hotel in de hoofdstraat bent, is ook een enorme pre! Ik kan het hotel van harte aanbevelen.
hbaostahotel.com

Stadhuis van Aosta

Hoe kom je er?

Wij vlogen met KLM op luchthaven Malpensa in Milaan. Vanaf daar is het nog zo’n twee uur rijden naar de Aostavallei.
klm.com

Tegole-koekjes, een regionale specialiteit

Lees ook dit nieuws

Valle d’Aosta dat is heerlijk luxe naar de sneeuw Kom skiën aan the Sunny Side of the Alps