Mocht er een competitie zijn voor de meest azuurblauwe zee dan wint het eiland Amorgos met vlag en wimpel. Dit is de tweede stop van de island hopping trip van Fred en meteen zijn langste.

Vijf nachten in het eenvoudige Alexander the Great Rooms. Gezegend met een perfecte locatie en lieve eigenaren. De opa en oma van een vriend van mij. Deze studio’s zijn in het levendige, maar tegelijkertijd relaxte havendorpje Aegiali. Een plaatsje met goede restaurants, bars, cafe’s en een zandstrand. Wat wil je nog meer. De voor de zomer hier neergestreken Griekse studenten zorgen voor een “easy going” atmosfeer. Samen met gezinnen uit Italië en Frankrijk. Blije kinderen die genieten van wat de locale bevolking en de natuur te bieden hebben. Geen buffetten, glijbanen of andere kenmerken van het massa toerisme. Er is zelfs geen luchthaven. De vele Franse bezoekers kennen het eiland van de best verkochte Franse speelfilm “Le Grand Blue” van regisseur Luc Besson. Ook filmmakers hadden ontdekt hoe azuurblauw hier de baaien zijn.

Nooit meer naar huis

Aegiali is zo’n stekje waar je eigenlijk niet meer weg wilt. Toch is het de moeite waard iets te gaan ondernemen. Veel wandelaars weten de diverse wandelroutes en hogere bergpaden te vinden. Duikers gaan de diepte in van de blauwe zee. Een auto huren is ook een optie. Of maak gebruik van het lokale busnetwerk die alle bezienswaardigheden met elkaar verbindt.

 

ZIE OOK: De uitzichten van Santorini

 

De hoofdplaats van Amorgos is Chora. Een typisch voorbeeld van een dorp waar je zo voorbij zou rijden. Maar laat je verrassen, parkeer de huurauto en ontdek hoe leuk het in het dorp is. Struin door de smalle straatjes met de hippe cafe’s, boetiekjes en ateliers van lokale ontwerpers en knusse restaurantjes.

 

 

Heb je zin het azuurblauwe water in te duiken? Bezoek de filmlocatie Aghia Anna en de baai van Mouros Beach. Een kiezelstrand en een walhalla voor snorkelaars vanwege het kristalheldere water en de grotten. Lunch in de taverna naast het parkeerterrein en staar tijdens de Griekse salade en de verse vis over de baai. Blauwer wordt het niet. Helemaal weer opgefrist ben je klaar voor de bekendste trekpleister van het eiland; het in de rotsen gebouwde Byzantijns klooster Panaghia Chozoviotissa stammend uit 1088.

Amorgos is ongeveer 40 km lang en op het breedste punt 5 km breed. Er zijn minder dan 2000 bewoners en in het hoogseizoen komen daar 8000 genietende vakantiegangers naar dit deel van Griekenland bij. Een eiland om helemaal bij te komen.

De belangrijkste haven is Katapola en in een half uurtje voor minder dan dertig euro rijdt de taxi je naar Aegiali in het noorden.

Amorgos, en vooral het havenplaatsje Aegiali zijn verborgen pareltjes. Ik ben fan en keer zeker terug. Met gemengde gevoelens moeten we de ferry nemen naar het volgende eiland. Ben tenslotte niet voor niets aan het hoppen, maar had hier best een maandje kunnen blijven. Volgende bestemming; Naxos.