Natuur in Servië
In Servie is nog volop ruimte voor de natuur. Dat begint al in de hoofdstad Belgrado, waar de inwoners op warme dagen verkoeling kunnen zoeken langs de Donau. Op het onbewoonde Veliko Ratno Ostrvo, waar de Sava uitkomt in de Donau, komen zelfs veel vogelsoorten voor.

Van laag naar hoog
Het platteland wordt gekenmerkt door grote verschillen in het landschap. Van noord naar zuid verandert het van golvende akkers in heuvels met boomgaarden en dicht beboste bergen. Zo is er de Kapaonik, waar vroeger goud, zilver en koper uit de mijnen werd gehaald, maar waar nu de wintersport geld in het laatje brengt. Het Golija-gebergte is zelfs door de UNESCO erkend als waardevol bioreservaat.

Gevormd door erosie
Op veel plekken in Servië bestaat de bodem uit kalksteen, dat erg gevoelig is voor erosie. Dit heeft het landschap hier en daar spectaculair getekend, bijvoorbeeld bij de door rivieren diep uitgesleten kloven. De belangrijkste rivieren van het land zijn de Donau en de Morava, maar daarnaast zijn er nog vele zijarmen en uit rivieren ontstane meren.

Flora en fauna
Al die verschillende landschappen bieden niet alleen de ruimte aan allerlei vormen van recreatie, maar ook aan wilde dieren, zoals wolven en beren. Vissers en vogelspotters kunnen zich hier uitleven, net als liefhebbers van bloemen en planten.

Het beste uit de natuur
Voor groente en fruit, maar ook voor natuurproducten als honing, hoeven de Serven dan ook niet ver te zoeken. Aan alles is te merken dat de Serven er helemaal op zijn ingesteld om gebruik te maken van hun natuurlijk rijkdommen. Het is mooi om te zien hoe ze aan het einde van de zomer druk in de weer zijn met het aanleggen van voorraden haardhout en hooi. Bij de stalletjes waar boeren hun oogst verkopen, slaan ze grote hoeveelheden groente en fruit in om er ajvar (een puree van paprika en aubergine), slatko (een soort jam) en rakia (sterkedrank van fruit) van te maken. Het aanleggen van de wintervoorraad is een belangrijke familiegebeurtenis waarvan de opbrengst vaak zo lekker is, dat hij lang voor het einde van de winter op is.
