Het is een opvallend herkenningspunt langs de Franse autoroute du soleil, hoog op de kliffen, aan de oevers van de Rhône en nog geen 100 kilometer ten noorden van de Middellandse Zee: het fort van Mornas. We zien het allemaal liggen en we rijden er bijna allemaal voorbij met een snelheid van 130 kilometer per uur. Royan maakte er dit jaar een stop.

Forteresse vanaf de autoroute

Koningszwaard

In de roman Het Koningszwaard wordt de aankomst bij dit fort als volgt beschreven: “Op een dag naderden ze een dal waar zich een grote rivier doorheen baande en reden ze een eind langs de oever. Het was drukker hier. Meer handelslui maakten gebruik van deze route en ze kwamen zelfs troepen van de Koning tegen. Deze besteedden geen aandacht aan ze en begroetten de niet gegradueerde dragonders met slechts een kort en ongeïnteresseerd saluut. De oevers van de rivier waren bergopwaarts beplant met struiken in keurige rechte rijen en op de vlaktes groeide lavendel die net begon te bloeien. De lucht hier was anders. Het rook fris. Cipressen groeiden naar de zon toe terwijl pijnbomen met wijde takken hun stam juist tegen die zon leken te beschermen”.

Eén van de bewakingstorens

Langs het fort

In dezelfde roman wordt aan de Franse kroonprins die het fort nadert het volgende uitgelegd: “De kliffen zijn bijna net zo hoog als honderd mannen boven elkaar en zijn zo recht dat ze niet beklommen kunnen worden. Maar er loopt een steil pad naar boven dat wij zullen nemen. Via een ophaalbrug zullen wij dan het kasteel betreden. Het fort is al vijfhonderd jaar oud en doet tegenwoordig geen dienst meer als verdedigingswerk. Het is vrede nu en de soldaten hebben het verlaten. Ooit behoorde het toe aan de paus en vaak werd het veroverd omdat de bemensing onvoldoende was om het te behouden”.

Steil pad naar boven

Rhônedal

Het verhaal speelt zich af in de 17^e eeuw maar vandaag leidt het Rhônedal je vanaf Lyon nog steeds naar dit fort. Het werd gebouwd vanaf de 11^e eeuw en was 300 jaar later pas af. Het speelde een rol gedurende verschillende oorlogen en dat tot aan de Franse revolutie aan het eind van de 18^e eeuw. Het kleine dorp dat aan en tegen de voet van de kliffen ligt lijkt uit de stenen van de berg gehouwen te zijn. Het is bijna onderdeel van de kliffen. Na de revolutie had het fort geen strategische waarde meer en verviel het langzamerhand tot een ruïne. Het is er niet minder historisch om en sinds tientallen jaren wordt het bouwwerk gerestaureerd en kun je het bezoeken.

Dorp Mornas vanuit het fort

Een klim naar een panorama

Vanaf de péage rijd je binnen luttele minuten het dorpje Mornas in, met smalle straatjes, huizen die dicht op elkaar staan en een paar uitnodigende terrasjes. De autoroute loopt er vlak langs maar je merkt er amper iets van. Een weg leidt iets naar boven waar de auto geparkeerd kan worden achter de begraafplaats. Vanaf hier moet je te voet verder. Het is een flinke klim en je loopt in de natuur langs de eeuwenoude en hoge muren waarop net als in de riddertijd trots de vlaggen van toen wapperen. Bij de poort betaal je entree waarbij je kunt kiezen tussen een rondleiding door ridders en jonkvrouwen of een vrije rondgang door dit verdedigingswerk van 1.000 jaar oud.

Binnen de muren

Ook Plouf was welkom

Vanuit het fort heb je een prachtig uitzicht over het dal en de snelweg die daar doorheen loopt. Op een binnenplaats staat de troon van de heerser van weleer. Dat wat over is gebleven van de gebouwen geeft je een indruk van het leven in die tijd. De kleine kapel Saint-Georges is sober ingericht maar heeft de tand des tijds doorstaan. En tussen de gebouwen en de muren staan voorwerpen die je herinneren aan hoe het leven was in die verre Middeleeuwen: wapenuitrustingen, een schandblok, vaandels. Ook staat er een grote katapult, een wapen dat gebruikt werd toen de Romeinen, nog voor de bouw van het fort, de kliffen als verdedigingspositie gebruikten. Bij de rondleiding worden middels rollenspelen scènes uit het vroegere leven nagespeeld.

Neerkijken op de autoroute A7

Een troon in de buitenlucht

Middeleeuwse rustplaats

Langs de snelweg A7 ter hoogte van het fort ligt een parkeerplaats met een tankstation, de Aire de Mornas-le-Adrets. Hiervandaan kun je echter niet naar het fort rijden. Maar waarom zou je niet de afrit ervoor of erna nemen om in middeleeuwse sferen je rust te nemen in plaats van op een volle parkeerplaats de benen te strekken? Het kost weliswaar wat meer tijd maar je krijgt er dan ook veel meer voor terug. Meer informatie vind je hier.

Overgebleven gebouwen