Het eilandje is niet groot en niet hoog; vanaf een afstandje lijkt het zelfs net één rotsblok. Maar naarmate het bootje dichter bij komt, kunnen er verschillen worden onderscheiden. De rotsachtige ondergrond die uit het water oprijst en overgaat in groene begroeiing. Het fort dat op deze groene laag lijkt te drijven en dezelfde grijzige kleur heeft als de rotsen.
De donkergroene begroeiing op het fort en de eenzame boom die daar als een mast uit omhoog steekt. Ik kijk over mijn schouder; we zijn ruim een kilometer van het vasteland. Best een eind om te zwemmen als je als verzwakte gevangene wilde ontsnappen…
Voormalige gevangeniseiland Mamula
In het noordwesten van Montenegro ligt de baai van Kotor (Boka Kotorska); ook wel het meest zuidelijke fjord van Europa genoemd. De monding van deze bijzondere zeearm bevindt zich tussen twee schiereilanden: Prevlaka en Luštuca. En daar, in die monding, bevindt zich een eilandje. Een klein rond eilandje met een fort erop. Het eiland – met een diameter van 200 meter – heet Lastavica in het Slavisch, maar iedereen kent het als Mamula naar de bouwer van het fort; de Oostenrijk-Hongaarse generaal Lazar Mamula.
Het fort dat Lazar Mamula bouwt, maakt samen met twee andere forten – Fort Arza en Fort Punta Ostro – deel uit van de eerst verdedigingslinie van de Baai van Kotor. In 1853 is het klaar. Net als het eiland is het fort overwegend rond en beslaat ongeveer 80% van het eilandoppervlak. Van bovenaf gezien bestaat het uit een cirkelvormig gebouw waar een derde deel uit ontbreekt. Op die plek is het gebouw verbonden met een ronde toren.
De gevangenen die hier werden geïnterneerd, waren onder andere muitende matrozen in de tweede helft van de 19de eeuw en rebellen van de Boka Bay opstand in het begin van de 20ste eeuw. Tijdens de tweede wereldoorlog viel het fort in handen van de Italianen die er een soort concentratiekamp van maakten dat bekend stond om zijn wrede martelpraktijken. Na de tweede wereldoorlog is het niet meer gebruikt en vervallen tot de staat waarin het nu verkeert.
Kapitein Boris zet ons af bij een uitgehakte trap. We stappen van het bootje op de grijze rotsen en lopen tussen reusachtige cactussen en andere droogtebestendige vegetatie richting de toegangspoort van het fort. Onderweg omhoog zie ik dat op verschillende plekken langs de rotsige oevers mensen zitten die van de zon en de zee genieten. Het kan, maar eigenlijk leent dit kleine ronde gevangeniseiland zich daar helemaal niet voor. Het valt me ook op dat overal afval ligt en de prullenmand voor de toegangspoort uitpuilt; een teken dat het beheer op deze plek echt minimaal is.
Verwaarloosd en vervallen
Zodra we door de toegangspoort lopen, komen we in een andere wereld en word ik overvallen door een gevoel van nieuwsgierige verwondering. Binnen in het Fort is het alsof de tijd stilgestaan heeft. Alleen de elementen (en bezoekers) hebben er vrij spel gehad. En dat is te zien; het lege gebouw doet verwaarloosd en vervallen aan. Houten trappetjes rotten weg, balustrades en deuren in het gebouw zijn verroest of verdwenen en planten groeien overal. Dat is aan de ene kant jammer en tegelijkertijd doet het niets af aan de uitstraling van dit bijzondere gebouw.
Er is geen route en er zijn geen bordjes; je kunt op je eigen tempo door en over de voormalig gevangenis dwalen. De poort van Mamula Fort doet met z’n kantelen denken aan een kasteel (vroeger waarschijnlijk compleet met ophaalbrug) en ook van binnen doet het gebouw haast vorstelijk aan, met z’n robuuste stenen muren, de kunstzinnige balkonnetjes en geometrische figuren in het mooie stenen wegdek. De ronde witstenen toren van ruim twee verdiepingen hoog heeft een binnenplaats met een diepe waterput. De ramen zijn vierkante zwarte gaten. Binnen in de toren is het donker, vochtig en bedompt, net als in de rest van het gebouw trouwens. Via een trap waarvan de huidige staat discutabel is, kan je tot op het dak van de toren komen en over het eilandje uitkijken.
Wonderlijk eiland
We lopen verder over de met stenen geplaveide straat, tussen de hoge muren door. We zijn helemaal alleen en dat is fijn, maar voelt ook vreemd. Sinister haast. Op verschillende plekken kan je naar binnen in grote lege ruimtes die er honderd jaar geleden waarschijnlijk niet veel anders uitzagen; het is niet moeilijk om je voor te stellen hoe de gevangenen er toen bij zaten. Via een trap kan je op het dak van het ronde gebouwdeel komen. Het met planten begroeide beton is op sommige plekken verzakt en gescheurd. Niet heel veilig, maar nergens staat een hekje of een waarschuwingsbord. En dat is tegelijkertijd het bijzondere…
Na drie kwartier haasten we ons terug naar het bootje van kapitein Boris. Eigenlijk had ik nog wel wat langer op dit wonderlijke eiland willen blijven. En in dit vreemde bouwwerk waar zulke gruwelijke dingen gebeurd zijn, maar wat ik tegelijkertijd zo prachtig vind in z’n verval. Des te tragischer is het om te weten dat er serieuze plannen zijn om Mamula Fort om te bouwen tot een luxe resort met een nachtclub en een spa. Dan is terugkomen geen optie meer. Het zou eeuwig zonde zijn…
Praktisch
Je kunt Fort Mamula bezoeken per priveboot vanuit Zanjic of Herceg Novi, al dan niet in combinatie met ‘the Blue Cave’; een grot waar je met de boot in kan en waarvan het water bij de juiste lichtinval turkoois kleurt. Kom – om gedoe achteraf te voorkomen – al voordat je wegvaart een prijs overeen met de kapitein (wij vertrokken vanuit Zanjic en betaalden 50 euro voor de combinatie Mamule en the Blue Cave). En spreek voor je aan land gaat af hoe laat hij je weer op moet halen.