Schiphol, Hoofddorp, de Zuidas en de RAI zijn economische brandpunten aan de zuidkant van Amsterdam. Als contrast zijn er ook aantrekkelijke groene gebieden tussen alle grootschalige ontwikkelingen. Een uitdagende combinatie voor een fietsrondje.
Station Amsterdam Zuid is het achtste station van Nederland. Dagelijks stappen hier meer dan 60.000 reizigers in of uit de trein. Het is echter een vrij klein station met slechts twee perrons en vier vertreksporen voor de NS. In de spitsuren moet personeel op de perrons alles in goede banen leiden.
Behalve NS-station is Amsterdam Zuid ook een belangrijk metrostation met onder andere sinds 2019 de Noord/Zuidlijn.
Er zijn plannen om het station uit te breiden, maar Amsterdam Zuid ligt ingeklemd tussen de twee rijrichtingen van de ringweg A10. De bedoeling is dat de A10 ondergronds gaat in het zogeheten Zuidasdok. Het project bleek echter veel ingewikkelder dan eerst was berekend. Vorig jaar ontstond een groot conflict tussen opdrachtgevers en aannemers, waarop de minister van Infrastructuur en Waterstaat aankondigde het project Zuidasdok te heroverwegen.
Ondertussen gaan allerlei ontwikkelingen op de Zuidas verder en zijn nieuwe kantoortoeters in aanbouw. Station Amsterdam Zuid kent trekt veel forensen. Stallingplekken voor de fiets is een groot probleem. Op een paar honderd meter van het station is de ondergrondse fietsenstalling Strawinslylaan gekomen met 3000 plaatsen, maar er is meer capaciteit nodig.
Ovale steenmassa
Langs de spoorlijn zijn niet alleen kantoren. Er wordt ook gewoond zoals in een opmerkelijk flatgebouw uit de jaren ’50 -60-stijl met vlakken in een fraaie kleurencompositie. Lijkt op Mondriaan. Onderwijsvoorzieningen zijn er eveneens De Vrije School Geert Groote College kent sierlijke antroposofische architectuur die is voort gekomen uit de Jugendstil.
We kunnen niet om de verleiding heen om even de brug over te gaan naar het Olympisch Stadion voor een extra rondje om de ovale steenmassa met de grote doorgang waar de deelnemers aan de marathon het stadion binnenrennen voor hun laatste meters.Zigzaggend gaan we over de Schinkelsluis die zorgt dat het waterpeil in de Amsterdamse grachten ongeveer een halve meter hoger blijft dan het Nieuwe Meer.
Het Nieuwe Meer vormde ooit een punt van het Haarlemmermeer. Bij de droogmaling van het Haarlemmermeer werd deze punt niet meegenomen. Dit werd een belangrijke scheepvaartroute tussen de Amsterdamse Haven en de Ringvaart om de Haarlemmermeerpolder. Er gingen ook trekschuiten lijkt de naam Jaagpad op het bordje van het fietspad langs het Nieuwe Meer aan te geven.
De Oeverlanden blijven
In de jaren ‘50 van de vorige eeuw is het meer aanzienlijk uitgebreid door zandwinning in de Riekerpolder. Hierdoor moest de Riekermolen verdwijnen. De molen is in 1961 herbouwd langs de Amstel. De oevers van het nieuwe deel van de plas ontwikkelde zich spontaan tot een natuurgebied, maar het was ook een uitstekende locatie voor woningbouw, vond de gemeente Amsterdam. In 1984 richtten actievoerders de vereniging ”De Oeverlanden blijven” op. Zij behaalden succes. De woningbouw ging van de baan en sinds die tijd zorgt de vereniging voor het beheer. De kronkelpaadjes door het struikgewas rechts van het fietspad werden een ontmoetingplek voor mannen op zoek naar intieme contacten met hetzelfde geslacht. Uit het televisieprogramma Undercover in Nederland bleek dat bezoekers van deze ontmoetingsplaats soms belaagd werden door groepjes gewelddadige jongeren. Er is daarop toezicht ingesteld.
De brug over de Ringvaart was ooit onderdeel van de A4, maar door de nieuwe terminal van Schiphol moest deze snelweg naar het westen worden verplaatst. Schiphol Oost dient zich aan. In grote complexen worden de maaltijden voor aan boord bereid. Het Ibis hotel vangt passagiers van vertraagde vluchten op. We kunnen ons niet voorstellen dat iemand deze locatie zelf uitkiest als verblijfplaats.
De tunnel ingezogen
Langzaam komen de contouren van de luchthaven op ons af. We worden als het ware de tunnel onder de startbaan ingezogen en dan staan we ineens voor de terminal. We hadden nooit gedacht dat Schiphol zo gemakkelijk met de fiets bereikbaar zou zijn.
Schiphol is feitelijk een stad, hoewel er slechts 45 inwoners zijn. De bedrijvigheid is vast gegroeid aan Hoofddorp, waarvan de naam beter veranderd zou kunnen worden. Hoofddorp is géén dorp meer! Dan is er contrast met de rust aan de lange geniedijk, die onderdeel was van de stelling van Amsterdam. Deze stelling vormde een verdedigingsring rond Amsterdam met een serie forten en geschutsbatterijen. De UNESCO heeft de stelling van Amsterdam erkend als Werelderfgoed. We klimmen even op de Batterij aan de Sloterweg en later krijgen we fort Aalsmeer in het vizier. In het fort geeft Crash Luchtoorlog en Verzetsmuseum een beeld van de luchtoorlog rond Schiphol tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Bloemendorp Aalsmeer
Een pontje brengt ons naar de overkant van de Ringvaart. Aalsmeer leefde ooit van de palingvangst. Een deel van het dorp is gebouwd op een landtong tussen de Ringvaart en de Westeinderplaats, maar ook op andere plaatsen speelt het water een dominant rol. Aalsmeer kent een labyrint en vaarten en kreken, waarvan er sommige niet breder zijn dan een sloot. De erven en de woningen aan de rechterzijde van de route kunnen alleen bereikt worden via bruggetjes.
Aalsmeer groeide uit tot het bloemendorp. De ligging dicht bij Schiphol maakt een snelle export mogelijk. Aalsmeer kende vele jaren twee veilingen. Eerst komen we langs de gebouwen van de Centrale Aalsmeerse Veiling en later volgt Bloemenlust.
De andere veiling was de Centrale Aalsmeerse Veiling. Het eveneens monumentale dateert uit 1926. Ontworpen door Jan Frederik Staal. Water was destijds de belangrijke verbindingsroute in waterrijk Alsmeer. De boten met bloemen konden het veilinggebouw binnen varen. Na enige jaren leegstand ontdekte Joop van den Ende het complex. Van den Ende wilde voor grote wekelijkse shows een flink aantal vierkante meters studioruimte voor vast gebruik, zodat de decors konden blijven staan. In Hilversum was die ruimte er niet. Zo ontstond de Studio Aalsmeer.
In 1968 gingen beide veilingen aan fusie aan. Later traden ook veilingen uit andere delen van het land toe. De megaveiling kreeg de naam Royal Flora Holland. Het complex buiten Aalsmeer groeide uit tot het grootste gebouw van Europa. De oude hallen kwamen in 1975 leeg te staan. De oudste veiling was Bloemenlust. Het complex is uit 1921- 1922. Zo staat het ook in Latijnse cijfers op de gevel. Het oorspronkelijke deel is ontworpen door Michel de Klerk, een van de voormannen van de Amsterdamse School. Bloemenlust in nu in gebruik als indoorsport en partycentrum The Beach.
Het enige Oudkatholieke kerkhof
Veel minder groots is het Oudkatholieke kerkje van Aalsmeer. De Oudkatholieke Kerk scheidde zich in de 18e eeuw af van Rome na een conflict over de benoeming van de kerkelijk leider van Nederland. De Oudkatholieken kozen zelf hun aardbisschop van Utrecht. Er zijn een paar belangrijke wijzigingen in de leer gekomen, maar zijn nog steeds veel overeenkomsten met de Rooms-katholieke Kerk. Oudkatholieke priesters mogen als sinds 1922 in het huwelijk treden. Aan het einde van de 20e werd het priesterambt ook voor vrouwen open gesteld. Er zijn op diverse niveaus toenaderingen tussen de beide Katholieke kerkgenootschappen. Het kerkje dateert uit 1860. Er vinden nog altijd diensten plaats. Achter de kerk is de enige Oudkatholieke begraafplaats van Nederland. Opmerkelijk is dat de graven nooit zijn geruimd.
Aangelegd met handwerk
Amsterdamse Bos geeft een bord aan. In Amsterdam noemt men dit bos ook wel Bosplan. “Het Boschplan” was een groot werkgelegenheidsplan dat startte in 1934. Midden in de grote crisis. Tot het begin van de oorlog in 1940 werden ruim 20.000 mannen ingezet. Het was vooral zwaar handwerk. In de oorlog werden Joodse mannen als dwangarbeider te werk gesteld. Uiteindelijk werden zij toch op transport gesteld naar Dachau. Een monument houdt de herinnering in leven. Na de oorlog werd nog steeds in werkverschaffingsverband gewerkt. Pas in 1964 namen aannemers de klus over met machines. In 1970 was het Bosplan (inmiddels zonder CH) voltooid.
Het Amsterdamse Bos is een belangrijk recreatiegebied met jaarlijks 6 miljoen bezoekers. Het bos kent speelvelden, zwemvijvers, een kinderboerderij, een geitenboerderij en een openluchttheater. Er is een manege met ruiterpaden door het bos en op de Bosbaan zijn belangrijke roeiwedstrijden gehouden.
We slingeren over de fietspaden tussen dichte bebossing, ruime grasvelden en over tal van bruggetjes. Vlak bij de uitgang staan we voor het Wagener Stadion: ons nationale hockeycentrum met vele internationale toernooien. Nederland hoort tot de internationale hockeytop. Vooral onze vrouwen doen het goed. Eenmaal het bos uit fietsen precies op de grens van Amsterdam en Amstelveen. Links van ons ligt de Augustinus kerk net in Amsterdam.
Lang groen lint tussen de bebouwing
De Kalfjeslaan vormt een lang groen lint tussen de bebouwing van beide gemeentes. Aan de Amstelveense kant strekt Uilenstede zich uit als grootste studentencampus van Noord-Europa. Meer dan 3.400 studenten wonen hier. De campus kent winkels, cafés, restaurants, sportvoorzieningen en een cultureel. Feitelijk een studentenstad op zich.
De Amstel vroeger en nu
Voor ons ontplooit zich de veelbezongen Amstel. Ook Rembrandt had de schoonheid van deze rivier ontdekt. De grote meester zat vaak aan de oever te tekenen of te schilderen. Net na de Kalfjeslaan herinnert een standbeeld aan de activiteiten van onze beroemde schilder aan de Amstel. De molen achter het kunstwerk kon Rembrandt nooit geschilderd hebben, want dit is de Riekermolen, die hier in 1961 is geplaatst, om plaats te maken voor het water in de voormalige Riekerpolder. Dit is een veel gefotografeerd plekje. Bussen met toeristen rijden af en aan. Inzittenden schieten even wat plaatsen en gaan daarna weer snel de bus in.
In de Gouden Eeuw was de Amstel ook in trek bij rijkere Amsterdammers. Zij hadden een riant optrekje aan de Herengracht, maar als je tot de top behoorde, dan liet je ook een buitenplaats bouwen aan de Amstel. Dit waren statige hofstedes omringd door een grote tuin. In de gouden jaren stonden er maar liefst 60 buitenplaatsen langs de Amstel. Helaas is slecht een handjevol overgebleven. We komen langs de Buitenplaats Amstelrust. Het toegangshek is een nationaal monument.
De Amstel is sinds jaar en dag populair onder roeiers. Niet alleen recreatief, maar er vinden ook grote wedstrijden plaats. De scherpe bochten vergen flink wat stuurmanskunst.
Beatrixpark groene buffer tussen grootschalige ontwikkelingen
Van de Amstel afgebogen fietsen we af op de grillige vormen van het spiksplinter nieuwe nHow Hotel Amsterdam RAI af. Met 650 kamers is dit het grootste hotel in de Benelux. De RAI krijgt steeds meer vakbeurzen en grote internationale congressen. De deelnemers uit de gehele wereld moeten ondergebracht worden.
De jaren van de grote publiekbeurzen als de Firato en de klapper AutoRAI met 560.000 bezoekers in de jaren ’80 zijn voorbij. Alleen de Huishoudbeurs met nog altijd 200.000 belangstellenden lijkt overgebleven uit de rij der groten. Voor deze megabeurzen moest de RAI uitbreiden en dat leidde tot de strijd om het groen. Ondanks de inzet van Saar Boerlage met haar actie om behoud van het Beatrixpark gingen delen van het park verloren voor nieuwe hallen. Waardevolle delen van Beatrixpark zijn behouden gebleven. We ervaren tijdens het laatste deel van onze fietstocht het park als een heerlijke groene buffer tussen de RAI en de Zuidas.
Routeinformatie
Fietsroute: Schiphol
Land: Nederland
Provincie: Noord-Holland
Lengte: 44 km
Beginpunt: station Amsterdam Zuid
Eindpunt: station Amsterdam Zuid
Route beschrijving met knooppunten
Verlaat het station aan de kant van Zuidplein met WTC. Ga haaks vanuit het station over het Zuidplein tussen de gebouwen het WTC door.
Na het viaduct voor de ingang van de fietsenstalling linksaf het fietspad naar knooppunt 16, volg de knooppunten 81, 80, 82, 65, 64, 63, 94, 03, 95, 96, 86, 85, 83, 84, 60, 50, 57, richting 16, je komt weer bij Station Amsterdam Zuid. (Het kan zijn de het fietspontje bij Rijsenhout op de zaterdagen en zondagen in april niet in de vaart is in verband met Corona. Ga in dat geval bij knooppunt 94 niet naar 03, maar naar 91 en 96. Daar ben je weer op de route naar 86.

Ontvang elke maand gratis het Fietsrondje van de maand
Vul je e-mailadres in om een e-mail te ontvangen als er nieuwe fietsrondjes en verhalen beschikbaar zijn van Bert.
"*" geeft vereiste velden aan
Olympisch Station
Het station is ontworpen door Jan Wils voor de Olympische Spelen van 1928 die in Amsterdam plaatsvonden. Bedoeld voor 28.000 toeschouwers. Het stadion had een multifunctionele functie: geschikt voor voetbal, atletiek en wielersport. Nadeel was dat het voetbalveld door de atletiekbaan en de wielerbaan op grote afstand van het publiek lag.
Voor het oorspronkelijke station werd veel baksteen gebruikt. Dit ging uitstekend samen met de woningbouw aan de andere zijde van het stadion. In 1937 opende in Rotterdam het Feijenoord Stadion met destijds een capaciteit van 66.000 toeschouwers. Amsterdam wilde niet achterblijven en gaf Jan Wils de opdracht om het Olympisch Stadion te vergroten. Dit gebeurde door de uitbouw van de tribunes achter de korte zijden van het veld. Hiervoor worden massa’s beton gebruikt. Er konden nu 60.000 toeschouwers in, maar door al het beton kreeg het station een unheimisch karakter van kille bunker. Toch werden er veel belangrijke voetbalwedstrijden gespeeld. Amsterdam en Blauw Wit waren vaste bespelers, maar weken later uit naar een bijveld met wat tribunes erom heen. Amsterdamse club gingen een fusie aan en FC Amsterdam werd vaste bespeler. Deze club redde het uiteindelijk niet.
Er was het grote probleem dat Ajax weliswaar over het eigen stadion de Meer beschikte, maar de oorspronkelijke capaciteit van 29.000 toeschouwers moest om veiligheidsredenen worden terug gebracht. Amsterdam zat dus met een te klein station voor grote wedstrijden en een te groot stadion zonder sfeer en dat niet meer aan de moderne eisen voldeed.
Amsterdam stelde zich kandidaat voor de Olympische Spelen van 1992. Bij dit plan hoorde een nieuw stadion in Amsterdam-Zuidoost. In 1996 opende de Amsterdam ArenA, nu Johan Cruijff ArenA. Het Olympisch Stadion zou gesloopt worden en plaats maken voor woningbouw. Er kwam fel verzet. Het compromis werd dat de uitbouw van het stadion verwijderd werd en het stadion de oorspronkelijke omvang en vorm terug kreeg. Onder de tribunes is ruimte voor bedrijven. In het stadion vinden regelmatig evenementenplaats, zoals het wereldkampioenschap allround schaatsen in 2018.
Naast het stadion prijkt de 46 meter hoge Marathontoren, waarop het Olympisch vuurde brandde. Amsterdam 1928 was de eerste keer dat het Olympisch vuur brandde tijdens spelen. Het werd bedacht door de architect Jan Wils. Het was zijn bedoeling dat iedereen in Amsterdam overdag rook uit de toren kon zien opstijgen en ‘s avonds vuur.
Haarlemmermeer
De Haarlemmermeer is nu een gebied dat barst van de activiteiten met Schiphol en talloze bedrijven Ook de woonfunctie met meer dan 150.000 inwoners mag niet vergeten worden. In de 13e eeuw was de Haarlemmermeer een drassig veengebied met een paar ondiepe meren. Door het steken van de turf en het onvoldoende aanleggen van dijken kreeg het water steeds meer vrij spel. Felle winden vanuit het zuidwesten joegen de golven op. Steeds meer dorpen moesten ontruimd worden.
In de 15e eeuw bundelden de diverse meren zich samen tot het Haarlemmermeer. Het water rukte steeds meer op. In 1508 was de Spaarndammerdijk de enige smalle landverbinding tussen Amsterdam en Haarlem. Met alle macht is toe wel gewerkt aan versteviging van de deze dijk die het zoete water scheidde van het zoute zeewater in Het IJ.
Al in de 17e eeuw diende Jan Adriaanszoon Leeghwater de eerste plannen voor droogmaling in. Deze waterbouwkundige oogstte eerder bewondering met het droogmalen van diverse meren, maar dit zou een megaklus worden. Meer dan 200 windmolens zouden moeten worden ingezet. Leiden en Haarlem verzetten zich. De steden werden niet bedreigd door het opgezweepte water bij zuidwesten wind en vreesden voor hun scheepsvaart. Verder bestond grote twijfels of het met windmolens wel zou lukken.
In 1836 werd Amsterdam ernstig bedreigd. Koning Willem greep in en besloot dat het meer moest worden drooggemalen. De techniek was intussen zo gevorderd dat stoomgemalen konden worden ingezet. Een hoofdvaart van noord naar zuid en een kruisvaart doorsneden de nieuwe polder. Op het kruispunt kwam het hoofddorp. Dat nog altijd de naam Hoofddorp draagt.
Het nieuwe land maakte grootschalig mechanische landbouw mogelijk op grote rechthoekige kavels. De woonfunctie bleef beperkt. In de jaren ‘30 van de vorige eeuw werd de voorloper van de snelweg A4 aangelegd naar voorbeeld van de Duitse Autobahnen. Er waren wat lokale spoorwegen, maar in 1934 reed de laatste trein in de Haarlemmermeer.
Hoofddorp telde in 1970 slechts 6.500 inwoners en was stukken kleiner dan Badhoevedorp, dat de bijnaam pilotendorp had. Groot was de invloed van Schiphol, waardoor het agrarisch gebied wordt opgeslokt door stedelijke functies. Hoofddorp in nu uitgegroeid naar 75.000 nu.
In 1978 wordt de Schiphollijn geopend. De NS wilde geen stations in de Haarlemmermeer, want deze zouden onvoldoende reizigers trekken. De gemeente Haarlemmermeer eiste stations in Hoofddorp en Nieuw-Vennep voor het meewerken aan de procedures. Tegen de zin van De NS kwamen de stations er toch. Naast het station van Hoofddorp vestigden zich talrijke bedrijven. Dat NS ongelijk had werd duidelijk in 1998 toen het station al vervangen moest worden door een groter exemplaar. De Haarlemmermeer kent een opmerkelijke ontwikkeling door de natuur van veengebied naar een groot meer en door mensenhanden via agrarisch gebied naar grootstedelijke functies.
Schiphol
De noordoosthoek van het meer was de plek waar tijdens zware zuidwester stormen vaak stuurloos schepen naar toe werden gedreven en zonken. De plek kreeg de bijnaam Schip Holl (scheepsgraf).
Schiphol is met 4,5 meter onder de zeespiegel de meest laag gelegen luchthaven ter wereld. Het is ook de oudste luchthaven op dezelfde plek, hoewel het hoofdstation naar het westen is verplaatst. Het oude stationsgebouw is echter nog steeds in gebruik voor privé-vluchten.
De geschiedenis van Schiphol als luchthaven dateert uit 1916, midden in de Eerste Wereldoorlog. Nederland was neutraal, maar het leger was wel gemobiliseerd. Na oorlog ontstaat er vracht- en postvervoer. Albert Plesman kwam op het lumineuze idee om militaire toestellen die overbodig waren geworden in te zetten om passagiers te vervoeren. In 1919 was de KLM een feit en jaar opende de eerste lijndienst op Londen
Een vliegveld was toen nog echt een grasveld, maar in 1926 kreeg Schiphol een betonnen platform. Later werden ook de startbanen van beton. Amsterdam verwachte veel vliegverkeer door de Olympische Spelen van 1928. Een nieuw stationsgebouw verrees. Hoewel Schiphol buiten de gemeentegrenzen lag was de naam Gemeente Luchthaven Amsterdam. Overigens is Amsterdam nog steeds aandeelhouder van Schiphol.
In mei 1940 bombardeerden de Duitsers het karakteristieke stationsgebouw. Op het terrein van het luchtvaartmuseum Aviodome in Lelystad staat een replica. De inrichting van het gebouw is precies zoals het was in de jaren ’30. Na de Tweede Wereldoorlog werd de wederopbouw van Schiphol voortvarend ter hand genomen. In 1950 was het aantal passagiers van 350.000 per jaar al het drievoudige ten opzichte van net voor het uitbreken van de oorlog.
De gemeente Amsterdam zag het vooruit dat de capaciteit de groei niet aan zou kunnen en werkte aan een plan voor een geheel nieuwe terminal meer naar het westen. In 1967 was de feestelijke opening. Er was echt gekeken naar de toekomst met pieren en slurven. Rond de terminal lagen de vier startbanen, om bij iedere windrichting gunstig te starten en te landen. Tunnels onder de startbanen zorgden dat het verkeer Schiphol konden bereiken. Vanuit het huidige complex kon de luchthaven steeds uitgebreid worden met nieuwe secties en nieuwe pieren.
Als een der eerste luchthavens van Europa kreeg Schiphol in 1978 een treinverbinding die zich uitbreidde tot diverse richtingen in het land en ook naar België en Frankrijk. Het aantal vliegbeweging groeide vanaf de opening van het nieuwe Schiphol in 1967 van 3.3 miljoen naar bijna 72 miljoen. Hiermee staat Schiphol op de derde plaats in Europa kort na Londen Heathrow en Parijs Charles de Gaulle. Schiphol is een van de aanjagers van onze economie en maakt het mogelijk om snel naar tal van plaatsen op de wereld te reizen en andersom veel mensen naar ons land te brengen. Nadelen zijn de druk op de wegen en de omgeving, het lawaaioverlast en de gevolgen voor het milieu. Om gebieden met dichte bebouwing te ontlasten is de Polderbaan gerealiseerd, maar deze kan niet altijd optimaal worden gebruikt. Bij zware wind uit het zuidwesten wordt de Oostbaan ingezet om te landen. De toestellen vliegen dan laag over Amsterdam aan.
Hoever kan Schiphol groeien?
Een nieuwe luchthaven in zee is naar voren gebracht. Het kleine vliegveld van Lelystad is aangepast om chartervluchten naar Europese vakantiebestemmingen over de nemen, Maar bezwaren uit de geplande aanvliegroutes hebben er toe geleid dat de vergunningen nog niet rond zijn. Inzetten op mee treinvervoer in plaats van vliegverkeer naar Europese bestemmingen is een andere suggestie. Er zal nog flink over Schiphol worden gepraat.
Verblijf tips
Het nieuwe Motel One ligt tegenover de RAI. De reviews op booking.com zien er prima uit. Voor juni vonden we een laag tarief van € 90 per nacht. Dit hotel moet het vooral hebben van standhouders op beurzen en bezoekers aan congressen in de RAI, maar dat seizoen is binnenkort afgelopen, dus worden kamers via booking.com goedkoper aangeboden. De ligging is gunstig. Naast de ringweg A10 en trein- en metrostation aan de overkant. Ruime keuze aan horeca in de omgeving. met gerechten uit allee windstreken. De Pijp, het Quartier Larin van Amsterdam, ligt op loopafstand.
Onder de rook van Schiphol en aan de achterkant van het Amsterdamse Bos ligt het 4**** Renaissance Amsterdam Schiphol Airport Hotel. Een schitterend nieuw hotel met afgesloten parkeerplaats Na het ontbijt stap je op de fiets zo het Amsterdam Bos in om aan het fietsrondje van april te beginnen.
Pech onderweg met de Fiets?
Krijg je pech onderweg met de fiets? De Wegenwacht komt je tegenwoordig ook met de fiets of e-bike helpen met het speciale Wegenwacht Fiets abonnement. Sluit hem nu af voor maar €20 per jaar. Je krijgt zelfs in heel Nederland én België pechhulp van de Wegenwacht voor je (electrische) fiets via de ANWB Alarmcentrale. Ben je betrokken bij een ongeval met je fiets? Dan krijg je zelfs juridische hulp.
Ontvang elke maand gratis het Fietsrondje van de maand
Vul je e-mailadres in om een e-mail te ontvangen als er nieuwe fietsrondjes en verhalen beschikbaar zijn van Bert.
"*" geeft vereiste velden aan