Naar de bollen….., zong Louis Davids al in de jaren ’30. Onze Bollenstreek in bloei trekt bezoekers uit de hele wereld, met als parel op de kroon de Keukenhof. Je kunt er ook prachtig fietsen. Bert neemt je mee naar Lisse en omstreken voor het fietsrondje van april.
De dominante traverse van Station Hillegom is duidelijk nieuw aan de Oude lijn. Nadat de stoomlocomotief De Arend in 1839 de eerste wagons voortrok over Nederlands spoor van Amsterdam naar Haarlem, werd de spoorlijn al in 1842 doorgetrokken naar Rotterdam. De Oude Lijn was vele jaren de drukste spoorweg van ons land, waar ook de legendarische Trans Europ Express tussen Amsterdam en Parijs over denderde. De reizigers in de geelrode rijtuigen van de luxueuze Étoile du Nord uit Parijs kregen in het voorjaar een bloemrijk welkom in ons land door het uitzicht over de bollenvelden. Sinds 1986 gaan alle belangrijke treinen via Schiphol. Het uitzicht vanuit de Thalys is beperkt, want de Hogesnelheidslijn door het Groene Hart is voor een deel verdiept en door tunnels aangelegd. Bijna parallel aan de oude lijn loopt de Haarlemmer Trekvaart.
Voor de komst van de spoorbaan trokken de paarden de trekschuiten al sinds 1657 op de toen belangrijkste verbinding tussen Haarlem en Leiden.
Vier uur duurde het reisje van 30 kilometer. Toch was de trekschuit razend populair. Men had niet zo’n haast. Nederland leek in 1939 niet rijp voor het spoor. Er was gigantisch verzet, maar de eigenzinnige Koning Willem I zette door. Snel verdwenen alle vooroordelen als sneeuw voor de zon: de trein was helemaal niet gevaarlijk en de snelheid van maar liefst 40 kilometer per uur deed de adem niet verstokken. Het net van spoorlijnen breidde zich razendsnel uit over ons land.

Links en rechts van de vaart strekken de tapijten met bloemen zich uit. Door experimenten worden de kleuren steeds exotischer. Vooral de geuren van de hyacinten zijn een weldaad voor onze reukorganen. De bolgewassen gedijen uitstekend op de arme geestgrond. Ooit was dit duingebied, maar het duinzand was nodig voor de uitbreidingen van Haarlem en Amsterdam. De overgebleven zandvlakte kwam in gebruik als tuinbouwgebied, totdat 300 jaar geleden de tulp als winstgevend gewas werd ontdekt.

Lago di Como?
Ineens steekt een heuvel uit in het vlakke land. Zou dit een stuk duin zijn dat men tijdens het afgraven over het hoofd gezien heeft? De heuvel van golfbaan Tespelduyn is niet natuurlijk, maar ontstaan als afvalberg. De bollenvelden wijken voor een plas water. In deze omgeving noemt men de Oosterduinplas het Comomeer. Het is bepaald geen bergmeer, maar het fietspad slingert zich grillig op en neer langs de oever. Het water prikkelt ons om een uitstapje te maken door de duinen naar een veel grotere plas: de Noordzee. In de zilte wind kijken we vanaf een duintop uit op het schouwspel van de niet aflatende branding bij strandafslag Langervelder Slag. Daarvoor vergadert een groep zakenlieden op het terras van strandtent Nederzandt: een ontspannen locatie om moeilijke beslissingen te nemen.


Rijke Roomsche bolwerken
Het Witte Kerkje midden in Noordwijkerhout is een protestantse kerk, maar dit lijkt dan ook het enige protestantse in dit oerkatholieke bolwerk. De duinstreek was arm en leek niet interessant voor de reformatie. De bollenteelt bracht rijkdom en met de godsdienstvrijheid in de 19e eeuw bloeide ook het Rijke Roomsche Leven op. Een kerkelijk instituut was het kleinseminarie Leeuwenhorst: een vooropleiding voor priesters, die daarna nog het grootseminarie moesten volgen. Een andere grote katholieke instelling was de psychiatrische inrichting Sint Bavo. Veel personeel kwam uit het zuiden. Zij namen het carnaval mee naar Noordwijkerhout en sindsdien kent het dorp een rijke carnavalstraditie. Ook de kermis wordt uitbundig gevierd. Het pompeuze Sint-Bavo is niet meer als psychiatrisch ziekenhuis in gebruik, maar is wel een rijksmonument. Een andere rijksmonument is de ruïne van Kasteel Teylingen bij knooppunt 58. Eenmaal de slotgracht overgestoken, wanen wij ons in de middeleeuwen. De waterburcht uit de 13e eeuw was vermoedelijk het stamslot van het adellijk geslacht Van Teylingen. Een van de bekendste bewoners van het kasteel was Jacoba van Beieren die hier in 1439 is overleden.

De Bollenburcht
Naast kasteel Teylingen is De Bollenburcht. Dit is de naam van een massief bedrijfsgebouw uit 1930. Op de gevel prijkt de naam Westerbeek. Dit gebouw is exemplarisch voor de historische bouwstijl van bollenschuren uit de jaren ’20 en ’30 van de vorige eeuw. Ooit stonden er in de Bollenstreek zo’n 1500 van dit soort markante, historische panden, maar in de loop der tijd zijn daar meer dan 1000 van gesloopt. Vele oude bollenschuren hebben tegenwoordig een beschermde monumentale status. Ze horen net zo bij het landschap als de in bloei staande bollenvelden.

Bij de Bollenburcht is deze combinatie in ieder geval aanwezig, want de in de bijbehorende bloembollentuin komen 560 verschillende soorten bloembollen tot bloei. In de pluktuin mogen we zelfs onze eigen tulpen plukken. Met een bosje tulpen op onze fietsen zetten we koers naar een aantal historische bollenschuren: uiteraard omgeven door wederom bloemenpracht. We moeten even een bocht maken, want onze route gaat om begraafplaats Duinhorst heen. We zijn het eens: de overledenen hebben hier een prachtige rustplaats. Langs het Keukenhofbos bereiken we de Keukenhof zelf: het absolute hoogtepunt van onze rit door bloemenpracht, waarvoor we graag de tijd nemen om onze fietsen rust te gunnen. Het valt ons op dat de Keukenhof toch ieder jaar weer anders is. Behalve de wereldberoemde hof vol bloemen is er ook het Kasteel Keukenhof en het Landgoed Keukenhof waar het Laarzenpad ons tracht te verleiden om ook een stukje te wandelen. Met ons hoofd vol bloemenimpressies staan we weer voor de lift van station Hillegom.

De Keukenhof
De Keukenhof is een nationale trots. In slechts 8 weken passeren ruim 1.000.000 bezoekers deze kraamkamer van bloemenpracht van ruim 8 miljoen bollen. In het voorjaar van 2017 waren het zelfs meer dan 1,4 miljoen bezoekers. Het publiek komt uit 100 verschillende landen. Veel van deze bezoekers kunnen de naam Keukenhof nauwelijks uitspreken , maar toch is deze trekpleister op veel plaatsen in de wereld een begrip. In de periode van de opening zijn ruim 1.000 mensen op de Keukenhof aan het werk. De Keukenhof dankt zijn naam aan de Keukentuin uit de 15e eeuw. Jacoba van Beieren haalde hier haar groente en kruiden voor het kasteel Teylingen. In 1641 werd het kasteel Keukenhof gebouwd en het landgoed bloeide uit tot een oppervlakte van ruim 200 ha. In 1949 bedacht een groep toonaangevende bollenboeren en exporteurs om op het landgoed een tentoonstelling van bloeiende bollen te maken . Het eerste opening van het lentepark in 1950 was met 236.000 bezoekers meteen een succes. De Keukenhof stond onmiddellijk op de kaart. Het zijn nog altijd de bollenkwekers die de drijvende kracht zijn achter het succes van de Keukenhof. Thema van 2018 is romantiek. Er is een speciale plek tussen de bloemen, waar je je geliefde ten huwelijk kunt vragen. Behalve het bloemenpark is er kasteel Keukenhof en het landgoed Keukenhof en het voormalige stationsgebouw van Lisse. Samen horen ze tot één organisatie.

Linneaushof
Ooit was er nog een bloemententoonstelling in de Bollenstreek. In 1955 startte de Linneaushof in Bennebroek, dat net nog in Noord-Holland ligt. In 1963 voegde het park een speeltuin toe. Niemand minder dan de grote man van de humoristische woordenspel en mediapersoonlijkheid Godfried Bomans verrichtte de openingshandeling. De speeltuin bleek zo een succes, dat de bloemen voorbij gestreefd werden. Vanaf 1975 vonden geen bloemententoonstellingen meer plaats in de Linneaushof. De gehele hof werd alleen maar speeltuin. De grote bloemenkas is nu een binnenspeeltuin. Dit is de kant die de Keukenhof nu juist niet op wil: “We zijn een hof met bloemen en géén pretpark, “aldus directeur Bart Siemerink, die de kwaliteit van zijn Keukenhof behandelt als een kasplantje. www.keukenhof.nl
De tulp
De krokussen en de narcissen bloeien vroeger, de hyacinten verspreiden de meest aangename geur, maar de bollenvelden zijn pas echt op zijn fraaist als de tulpen in bloei staan. De tulp is afkomstig uit de hooglanden in Centraal-Azië en vervolgens in Turkije beland. In de tijd van Sultan Suleyman de Grote in de 16e eeuw was de tulp een statussymbool voor belangrijke mensen aan zijn hof. Het hoofddeksel van de vorst had de vorm van een tulp en de naam tulband is ook van tulp afgeleid. De tulpen moesten van ver komen om Istanboel te bereiken, want tulpen hebben een paar koude maanden nodig om in het voorjaar tot bloei te komen. Het mediterrane klimaat is daar niet geschikt voor. In 1554 kreeg de Vlaming Ogien Gisteen van Busbeke opdracht om als gezant van Ferdinand van Oostenrijk een bezoek te brengen aan de Sultan. Als blijk van grote waardering kreeg de gezant 10 jaar later voor zijn in Wenen enkele tulpen bollen mee.

Van Busbeke gaf een paar bollen aan een andere Vlaming Carolus Clusius, destijds hofbotanicus aan het keizerlijke hof in Wenen. In 1593 benoemde de universiteit van Leiden Clusius als hoogleraar. Onder leiding van de hoogleraar begon de Hortus Botanicus van Leiden met het ontwikkelen van de tulpencultuur. De ontwikkeling van de tulp bleef niet onopgemerkt: er werden bollen gestolen uit de hortus. Tuinders experimenteerden met de bolgewassen in de geestgronden. De tulp bleek zich uitstekend te gedijen. Steeds meer tuinders schakelden in de 17e eeuw over op de bollen.
Tulpenmanie
De 17e eeuw stond bekend als onze Gouden Eeuw. Een steeds grotere groep mensen verdiende zoveel geld, dat ze van gekkigheid niet meer wisten wat ze met al hun duiten moesten doen. De tulp werd een geliefd statussymbool en de prijzen bereikten vanaf 1634 een record hoogte. Begin januari 1937 bracht een bol meer op dan een statig pand aan de Amsterdamse Grachten. Vooral de gestreepte en gevlekte tulpen waren gewild. Er ontstond een wilde speculatie met ook opties op tulpenbollen die nog in de grond zaten. Zoals bij iedere speculatiegolf ontstond er handel in gebakken lucht. Er werden opties verkocht op tulpen die helemaal niet bestonden en er werden orders geplaatst door mensen die het geld niet bezaten. Waarschijnlijk werd de zeepbel definitief doorgeprikt, nadat uitkwam dat de strepen en vlekken afkomstig waren van een virus, dat zorgde dat de bol geen nageslacht kon krijgen.
Niet alleen in de Bollenstreek
De bollenteelt kwam in rustiger vaarwater, maar werd wel een belangrijk pijler voor de economie in de Bollenstreek. Overigens is de Kop van Noord-Holland de grootste producent van bloembollen: ook daar zijn geestgronden. Er kwam in Noord-Holland ook een ontwikkeling op gang waarbij op weidegrond werd omgespoten, warbij het zand bovenop kwam om er bollen op te telen. De weidevogels verloren steeds meer broed- en leefgebied. In 1988 kwam de provincie Noord-Holland met een bollen om de bollenteelt te reguleren. Behalve Noord- en Zuid-Holland zijn ook in de Noordoostpolder en op Goeree-Overflakkee belangrijke bollengebieden.
Jacoba van Beieren
De naam van deze Gravin van Holland komt voor bij de geschiedenis van de Keukenhof en Kasteel Teylingen. Als er in de 15e eeuw roddelbladen hadden bestaan, dan zou Jacoba van Beieren een geliefd item zijn geweest. Alles in haar leven leek te mislukken, zowel privé als in de politiek. De gravin werd slechts 35 jaar, maar versleet 4 echtgenoten en moest op 31 jarige leeftijd al haar graafschappen afstaan. Jacoba dankte haar naam aan grootvader Albrecht van Beieren. Zij was Gravin van Holland, Zeeland en Henegouwen: in de lappendeken van het destijds sterk verdeelde Europa leek dat een belangrijke positie, maar de landjepikkers lagen overal op de loer. In 1406 werd zij op 5-jarige leeftijd uitgehuwelijkt aan Jan van Touraine, de tweede zoon van de Franse koning. Op haar 14-jarige leeftijd werd het huwelijk voltrokken. Haar toekomst leek op rozen, toen kort daarop Jan’s oudere broer overleed en voor Jacoba de positie toekomstige koningin van Frankrijk lag weggelegd. In 1417 overleed echter ook Jan van Touraine en was Jacoba op 16-jarige leeftijd weduwe. Weg waren ook haar kansen in Frankrijk. Inmiddels was zij haar vader opgevolgd als gravin, maar haar oom Jan VI van Beieren eiste ook haar graafschappen op. Jacoba sloot daarop een strategisch huwelijk met haar neef Jan IV van Brabant. Daarvoor was speciale toestemming van de Paus nodig. Deze Jan kwam echter in geldnood en verpandde de grondgebieden van Jacoba aan de vijand: oom Jan van Beieren. Jacoba liet het huwelijk ontbinden en vertrok naar Engeland en huwde daar met Humphrey van Cloucester.
De Bourgondiërs
Samen met Humphrey ging zij in 1424 terug naar Holland om de strijd op te nemen tegen haar ex-echtgenoot Jan van Brabant. Haar ex had echter een nieuw bondje gesloten met de hertog van Bourgondië ,die zijn macht in de Nederlanden fors aan het uitbreiden was. Al na een jaar ging Humphrey echter aan de haal naar Engeland met de mooiste dame uit de hofhouding. Jacoba bleef alleen achter in Henegouwen, waar zij zich onder politieke en militaire druk over moest geven aan Filips van Bourgondië. Toen haar oom overleed kwamen haar verpandde gebieden onder haar ex-echtgenoot Jan en kwamen in feite dus onder de directe invloed de Bourgondiërs. De volgelingen van Jacoba in Holland kwamen hier tegen in verzet en de gravin wist in mannenkledij te ontsnappen en zich in Schoonhoven aan te sluiten bij haar volgelingen. Onder Jacoba wisten de Hollanders en de Zeeuwen grote gebieden terug te veroveren. De macht van de Bourgondiërs werd echter te groot en in 1428, moest Jacoba vrede sluiten. In dit vredesverdrag werd bepaald dat Filips van Bourgondië erfgenaam van Jacoba van Beieren zou worden en dat zij niet in het huwelijk mocht treden zonder zijn toestemming. Jacoba bleef in naam nog gravin van Holland, maar moest feitelijk vrijwel alle macht afstaan. Haar huwelijk met Humphrey van Gloucester werd door de paus onwettig verklaard, omdat zij volgens de kerk al getrouwd was met Jan van Brabant toen zij met Humphrey in het huwelijk trad. Jan van Brabant was echter een jaar eerder gestorven, waarmee Jacoba dus weer een ongehuwde vrouw was. De Bourgondiërs gingen echter nog niet tevreden: in 1633 moest de Gravin in de Ridderzaal te Den Haag ten overstaande van een groot aantal edelen officieel afstand doen van al haar functies een bezittingen aan de Bourgondiërs. Een paar stukjes land en enkele steden mocht Jacoba behouden. Jacoba trok zich terug in kasteel Teylingen.

De afgetreden gravin doet dit niet alleen, want ze is inmiddels in het huwelijk getreden met haar vierde echtgenoot: Frank van Borselen. Het paar mocht slecht een paar jaar van elkaar genieten, want in 1636 overleed Jacoba aan tuberculose. Tijdens de rouwdienst stond de toenmalige Hofkapel in het Binnenhof vol mensen. Uiteindelijk komen alle Nederlandse gewesten onder Bourgondië, totdat de bezittingen van Bourgondië door het huwelijk van Filips de Schone en Johanna de Waanzinnige van Spanje onderdeel worden van het Spaanse Rijk.
Routeinformatie
Fietsroute: Fietsroute naar de Bollen
Land: Nederland
Provincie: Zuid-Holland
Lengte: 35 km
Beginpunt: Station Hillegom
Eindpunt: Station Hillegom
De Route
Ga voor het station Hillegom met je rug naar het station rechtsaf naar Knooppunt 12. Verder naar 11, 48, 47 (hier kun je de variant doen naar het strand.Ga hiervoor naar 86 en volg het fietspad langs de weg naar Langevelder Slag Keer weer terug naar knooppunt 47 om je route te vervolgen), 80, 75, 74, 66, 67, 59, 58 (voor kasteel Teylingen even rechtsdoor op fietspad langs de drukke weg. Keer daarna weer terug naar dit knooppunt om je route te vervolgen), 55, 49, 40, 13, 12, richting 17 tot aan het station. Je kunt de route ook begin bij het Toeristisch Overstap Punt (TOP )bij station Lisse. Er is een parkeerterrein, maar er stoppen geen treinen.
Ontvang elke maand gratis het Fietsrondje van de maand
Vul je e-mailadres in om een e-mail te ontvangen als er nieuwe fietsrondjes en verhalen beschikbaar zijn van Bert.
"*" geeft vereiste velden aan
Andere routes
Vanaf het TOP bij station Lisse kun je drie andere fietsroutes volgen. Deze zijn ook uitgezet op de knooppunten.
- 1. De Keukenhofroute 32 km;
- 2. De Bollenstreek-Kustroute 39 km;
- 3. De Lisse-Kaagroute 43 km.
Informatie over deze 3 routes vind je op het informatiebord bij het TOP.
Fietsverhuur
Bij de hoofdingang van de Keukenhof heeft Rent-a-Bike Van Dam 250 huurfietsen staan. Er zijn diverse soorten fietsen te huur: ook Tandems, kinderfietsen en – zitjes. Van Dam heeft ook eigen fietsroutes van 25 of 42 km. Van Dam vind je ook in de Havenstraat 78 in Noordwijkerhout. Na de sluiting van de Keukenhof in mei kun je daar altijd terecht. www.rentabikevandam.nl
Natuurkampeerterrein De Ruigenhoek
Voor fietsers is het leuk kamperen op natuurkampeerterrein De Ruigenhoek aan de rand van het duingebied en niet ver van het station Hillegom en het TOP station Lisse. Voor dit kampeerterrein is een natuurkampeerkaart noodzakelijk. Meer informatie bij Stichting Natuurkampeerterreinen
Opmerkelijke Horeca en bezoeken onderweg
Na ongeveer 4 km bij 48 even laar links de vaart en het spoor over.
Tussenstation Lisse
Het station Lisse is een ontwerp van Dirk Antonie Nicolaas Margadant uit 1905. Margadant ontwierp ook de monumentale stations Haarlem en Den Haag Hollands Spoor met de Koninklijke wachtkamer. Toen de treinen na de Tweede Wereldoorlog weer gingen rijden, is het station niet meer terug gekomen in de reguliere dienstregeling. Alleen tijdens de openingstijden van de Keukenhof stopten er treinen. Het laatst heeft Lovers Rail het nog geprobeerd in de jaren ’90 met nostalgische eerste klas rijtuigen uit België. In 1981 was het station decor voor de film ‘Meisje met het rode haar’ met in de hoofdrol René Soutendijk als Hannie Schaft.
Het interieur is prachtig intact gebleven met een knusse kachel die iets huiselijks biedt. Een specialiteit is de High Tea.
Dagelijks geopend van 9 – 17 uur.
www.hettussenstationlisse.nl


Je kunt station Lisse ook aandoen op de terugweg door bij 40 even richting 48 te gaan. Als je kiest voor de variant naar Langervelder Slag.
Strandtent Nederzandt
Een van de bekendste strandtenten van ons land. Op een fraaie zondagmiddag kan het goed druk zijn met de live muziek op het terras. Door de week is het wat rustiger. Je kun kiezen tussen een picknicktafel of een comfortabele luie stoel. Opmerkelijk is dat Nederzandt een trouwlocatie is. Hier kun je je huwelijk laten voltrekken met blote voeten in het zand. Op de kaart staat een speciaal Bloemenmenu met drie gangen voor € 29,90. www.nederzandt.nl
Tussen Knooppunten 58 en 55 :
De Tulperij
Daan en Anja Jansze vormen de derde generatie van bloembollenbedrijf Adr. Jansze & Zn. Op de Tulperij kun een kopje koffie of thee drinken met een stroopwafel of een punt appeltaart en genieten van de bloemenpracht op dit bedrijf. Daan en Anja verzorgen ook excursies . Oude Herenweg 16B 2215 RZ Voorhout. www.detulperij.nl
In Lisse
Bij Knooppunt 49 (bij de Keukenhof) kun je naar het centrum van Lisse. In Lisse is het restaurant de Vier Seizoenen met ook een bloemenmenu. Heereweg 224. rdvs.nl
Museum de Zwarte Tulp
De collectie is geïnspireerd op bloembollen en bolbloemen Grachtweg 2A, Lisse. museumdezwartetulp.nl
Ten noorden van Hillegom aan de N208:
Annemieke’s Pluktuin
Deze Pluktuin is te bezoeken voor particulieren en groepen in het Keukenhofseizoen, o.a. biologische bollen. Afhankelijk van het weer kun je bier zelf bloemen snijden. Haarlemmerstraat 15A. www.annemiekespluktuin.nl
Ontvang elke maand gratis het Fietsrondje van de maand
Vul je e-mailadres in om een e-mail te ontvangen als er nieuwe fietsrondjes en verhalen beschikbaar zijn van Bert.
"*" geeft vereiste velden aan