Den Helder op de noordelijkste punt van het vasteland van de provincie Noord-Holland is onlosmakelijk verbonden met de Koninklijke Marine. De basis is thuishaven van bijna alle Nederlandse marineschepen. Veel mensen kennen de stad alleen maar als vertrekpunt van de veerboten naar Texel. Door alle ontwikkelingen op de voormalige Rijkswerf Willemsoord en op Fort Kijkduin wordt een bezoek aan de stad steeds interessanter, maar het fraaiste is toch fietsen aan de buitenkant van de dijk van de Noordkop, met de zee aan je voeten.
Voor het station lijkt het standbeeld van de jutter ons aan te kijken. Een jutter was een bijnaam voor inwoners van de Marinestad. Het leegstaande pand van V&D achter de jutter versterkt het naargeestige beeld van het winkelgebied, maar de Beatrixstraat is wat opgeleukt met terrasjes.

Aan de overzijde van een oude ophaalbrug ligt de voormalige Rijkswerf Willemsoord voor ons. De fietsknooppunten sturen ons langs dit complex, maar wij kiezen voor een ommetje door deze unieke combinatie van oud en trendy, met sfeervolle terrassen en een broedplaats van nieuwe werkvormen.
“Wij kiezen voor een ommetje door deze unieke combinatie van oud en trendy, met sfeervolle terrassen en een broedplaats van nieuwe werkvormen”


De voormalige mijnenveger Hoogeveen aan de kade voor de werf hoort niet bij het Marinemuseum, maar deze houten klomp uit de jaren ’50 aan de kade vertegenwoordigt een belangrijke episode uit de geschiedenis van de Koninklijke Marine. Na de oorlog moesten veel mijnen geruimd worden. De marine had destijds een vloot van maar liefst 62 “mijnenpiepers”, zoals dit type schepen in marinejargon werd betiteld. Op dit moment heeft de marine nog zes mijnenjagers in de vaart.

Vooral de magnetische mijnen vormden een gevaar. Daarom waren deze schepen geheel van hout en was er niets aan boord dat magneten kon aantrekken.
Fier staat het gebouw van het K.I.M. uit 1869: het Koninklijk Instituut voor de Marine. Nog altijd worden hier de marineofficieren opgeleid. De naam die deze studenten tijdens hun opleiding krijgen is adelborst. Deze betiteling dateert nog uit de tijd dat alleen jongeheren van adel werden toegelaten tot de opleiding. Deze adellijke eis werd al langer losgelaten, maar pas in 1983 betraden de eerste vrouwelijke adelborsten het instituut. Koning Willem-Alexander is hier opgeleid tot Aspirant-Reserve-Officier.

Onderweg wordt het ons duidelijk dat Den Helder een belangrijke rol speelt in de offshore. Het is immers meest dicht bijzijnde haven voor veel boorplatforms op de Noordzee.
Helderse Jongens
Fort Westoever is het meest oostelijke fort van de Stelling van Den Helder. De naam Westoever is correct, omdat het fort aan de westelijke oever van het Noordhollandsch Kanaal ligt. Het heeft nu een horecafunctie en een ruimte voor feesten. De stadsbrouwerij Helderse Jongens in het fort is in opbouw. De bieren van Helderse Jongens zijn er al, maar deze worden nog elders gebrouwen. Het streven is om de fortbrouwerij in de loop van 2017 in bedrijf te hebben. Bij de brouwerij komt ook een bierlokaal.


Den Helder Airport was vroeger Marine Vliegkamp de Kooy, maar wordt nu steeds meer gebruikt voor burgerluchtvaart. En belangrijk deel van de vluchten betreft bevoorrading van boorplatformen.
Nieuwe polders
We maken kennis met de nieuwe polders uit de 19e eeuw, waarbij land is terug gewonnen op de zee. Een van deze polders draagt de naam van Anna Paulowna: de uit Rusland afkomstige vrouw van Koning Willem II en Koningin der Nederlanden van 1840 tot 1849.
Breezand is duidelijk een jonge plaats. In 1920 vestigden zich hier kolonisten afkomstig uit de Bollenstreek tussen Haarlem en Leiden. Er was geen ruimte meer voor nieuwe bedrijven rond Hillegom en Lisse en de grond rond Breezand bleek zeer geschikt voor bollenteelt. Inmiddels produceert de Kop van Noord-Holland meer bloembollen dan de traditionele Bollenstreek.

Na het pontje over het Noord-Hollands Kanaal rollen onze banden door Noorderhaven, dat op een gewone woonwijk lijkt met veel groen. Het is echter een wooncentrum voor mensen met een beperking. Er leven 500 bewoners, die gebruik kunnen maken van eigen voorzieningen, zoals een zwembad. Met het idee integratie komen er nu ook woningen voor mensen zonder beperking.

Door het duin
Kruip door sluipdoor gaan we over fietspaden door het ruim opgezette Julianadorp. De duinenrij ligt nu voor ons. Het fietspad terug naar het noorden voert ons langs deze duinenrij, maar loopt ook als een soort langgerekt balkon op het duin. Dit levert fabelachtige vergezichten op over het polderlandschap dat voornamelijk wordt gebruikt voor de bollenteelt. Het zonlicht weerkaatst op de velden die onder water staan. Dit is een milieuvriendelijke methodes om ziektes te bestrijden: de velden een tijdje onder water zetten en de grond is weer vrij van ziektekiemen zonder bestrijdingsmiddelen.

We duiken het duin in. De Lange Jaap, de vuurtoren van Huisduinen wijst ons de weg. Met ruim 63 meter hoogte was de Lange Jaap sinds het ontsteken van de lichten in 1878 vele jaren de hoogste vuurtoren van Nederland, totdat de Maasvlakte onder Hoek van Holland in zee werd gebouwd en daar ook een vuurtoren moest komen. De vuurtoren van Den Helder is geheel opgetrokken uit gietijzer. De Lange Jaap is rijksmonument.

Noorderhaaks
Bij een strandafslag ligt de Noordzee ligt voor ons. We zien duidelijk de stromingen die zwemmen in de Noordzee zo gevaarlijk maken. Het strand houdt hier op en de duinenrij ook. Vanaf hier biedt een zware dijk bescherming een deel van de dijk is bedekt met basaltblokken en die geven ons de mogelijkheid om aan de buitenzijde van de dijk pal langs de zee te fietsen om de Noordkop. Vooral omdat de zon al lager staat achter in de middag beleven we een waar spektakel. Garnalenvissers zijn in de weer. De zandbanken van de Noorderhaaks lijken op sneeuw in de laagstaande zon. Dit wordt ook wel de razende bol genoemd, want het zand is voortdurend in beweging en vooral bij stevige wind. Zeehonden zijn dol op deze zandbank.

Eenmaal om de bocht kijken we uit op Texel. Voor Texels bier hoef je niet meer naar de overkant, want bij Lands End vloeit Skuumkoppe uit de tap. Vanuit dit etablissement naast de haveningang van Den Helder valt onze blik op de veerboot richting de overkant. Texel: wellicht een idee voor een komend rondje!


Routeinformatie
Fietsroute: Den Helder
Land: Nederland
Provincie: Noord-Holland/Utrecht
Lengte: 39 kilometer
Beginpunt: Den Helder-station
Eindpunt: Den Helder-station
De Route
Steek voor het station haaks de weg over en ga bij de HEMA rechtsaf richting knooppunt 3, 1 7, 9, 11, 72, 71, 92, 93, 94, 8, 5, 1, richting 4 tot het station.
Ontvang elke maand gratis het Fietsrondje van de maand
Vul je e-mailadres in om een e-mail te ontvangen als er nieuwe fietsrondjes en verhalen beschikbaar zijn van Bert.
"*" geeft vereiste velden aan
Den Helder
Zware stormen namen grote stukken land mee. Vooral de Allerheiligenvloed in 1570 hield zwaar huis. De kern van het toenmalige dorp Helder ging verloren. Er was ook een bres in de zeewering geslagen, zodat de Noordkop een eiland was geworden, maar in 1610 was het gebied door de aanleg van een dijk tussen Calandsoog en Huisduinen weer onderdeel van het vasteland. Van de Noordkop was echter slechts een smal strookje over. In 1779 werd de baai het Nieuwe Diep uitgediept en geschikt gemaakt voor zeeschepen. De bewoners leefden vooral van de visvangst en het loodswezen. Een belangrijke nevenactiviteit was het strandjutten. Jutter werd de bijnaam voor inwoners van Den Helder. Een andere bijnaam was Nieuwedieper.
In 1795 trok de Franse generaal Pichegru over de bevroren rivieren ons land binnen. Nederland kwam onder Frans gezag. Dit tot ergernis van Engeland. In 1799 landde een grote Engelse troepenmacht in de Noordkop. De strijd duurde enkele maanden en de Engelsen hadden grote delen van Noord-Holland bezet. Amsterdam werd zelfs bedreigd. De Fransen voerden echter met behulp van Nederlanders in hun troepenmacht versterkingen aan de dreven de Britten terug naar Den Helder, vanwaar zij zich inscheepten voor de terugtocht.
Om herhaling te voorkomen bouwden de Fransen de haven van Den Helder uit tot marinebasis. De haven werd gesloten voor koopvaardijschepen. Niemand minder dan Napoleon zelf gaf opdracht tot bouw van Fort Kijkduin en de Rijkswerf.
Na de Franse aftocht en de oprichting van het Koninkrijk der Nederlanden bleef Den Helder marinebasis. Koopvaardij bleef verboden. Zogenaamd tegen smokkel, maar de invloed van andere havensteden die concurrentie vreesden zat daarachter. Toen het Noordhollandsch Kanaal in 1824 werd geopend, mochten in Den Helder goederen alleen worden overgeladen op kleinere schepen op weg naar Amsterdam. Pas in 1850 werd dat verbod opgeheven.
De marinehaven groeide echter als kool en de Rijkswerf draaide op volle toeren om marineschepen te bouwen en de onderhouden. Door inpoldering van onder andere de Anna Paulownapolder raakte Den Helder steeds meer uit zijn isolement. Een serie extra forten om de stad moest de marinebasis beschermen tegen aanvallen.
In de oorlog trok de Duitse Marine in de basis en de Rijkswerf. De Britten voerden bombardementen uit, maar troffen vooral de aangrenzende woonwijken. Den Helder zou echter nog meer schade oplopen. Ten behoeve van hun Atlantikwall sloopten de bezetters de complete binnenstad. Net als in diverse andere getroffen steden werd bij de wederopbouw niet zo strekt nagedacht aan de kwaliteit van het stedenbouwkundig concept en de architectuur. Alles moest snel om het gewone leven weer te kunnen hervatten.
De nieuwe vloot van de marine had veel mensen nodig, want de tijd van de koude oorlog brak aan. De Rijkswerf bood werkgelegenheid aan 2.500 “werfianen”, zoals de marinemannen deze werknemers een beetje denigrerend noemden. Al dit marine- én werfpersoneel moest gehuisvest worden. Nieuw-Den Helder werd uit de grond gestamd. In de jaren ’70 moest de marine fors inkrimpen. De grote schepen: het vliegdekschip Karel Doorman en de twee kruisers werden uit de vaart genomen. Ook het aantal andere schepen werd stelselmatig verminderd. Het aantal werknemers bij de marine en de Rijkswerf daalde fors. Veel andere werkgelegenheid bood Den Helder niet. Men trok dus weg. Ook personeel dat wel bij de marine bleef koos liever voor een woning in bijvoorbeeld het sfeervolle Schagen dan in Nieuw-Den Helder. Het gevolg is dat probleemwijken ontstonden. De sfeer was dusdanig dat postbodes weigerden om in hun eentje de post in een aantal straten te bezorgen. Een deel van de probleemflats is daarop afgebroken en vervangen door eengezinswoningen.
Voor het centrum werd een plan opgesteld. Onderdeel van het plan was herinrichting van de Rijkswerf die in 1995 door de marine was afgestoten voor nieuwbouw aan de oostkant van de haven.
Interessant om te bezoeken in Den Helder
De Rijkswerf Willemsoord
De oude gebouwen aan het water zijn prachtig gerestaureerd en hebben een nieuwe functie gekregen met veel sfeervolle horeca, theaters, bioscopen en veel cultuur. Voor het Reddingsmuseum Dorus Dijkers ligt een aantal historische reddingsboten, maar in het museum zelf kun je ook virtueel aan boord voor een reddingsoperatie.
Bij het Marinemuseum horen de volgende schepen
- Het ramschip Schorpioen uit 1868. Dit schip heeft een punt op de steven om andere schepen te rammen. De Schorpioen heeft varend dienst gedaan tot 1908 en heeft daarna vele jaren gediend als logementschip. In de jaren ’50 – ’60 waren Marva’s (Marine Vrouwenafdeling) op het schip gehuisvest. Om mannelijke matrozen op afstand te houden, was de Schorpioen afgeschermd door een stevig hekwerk.
- De mijnveger Abraham Crijnssen uit 1937. Dit schip werd beroemd, omdat het na de Japanse invasie van het toenmalige Nederlands Indië wist te ontsnappen door de oorlogsbodem te camoufleren als eiland. ‘s Nachts werd gevaren en overdag ging “het eiland” voor anker. Na een tocht van negen dagen bereikte de mijnenveger op 15 maart 1942 Australië.
- De onderzeeboot Tonijn uit 1960. Dit is een onderzeeër uit de serie van de driecilinders. Deze drie buizen gaven de schepen uit deze klasse meer stabiliteit. De Tonijn heeft dienst gedaan tot 1991. Tijdens een bezoek krijg je een indruk van de krappe leefruimte voor de 67 leden van de bemanning met slapen in krappe bedjes naast de torpedolanceerbuizen.




Op het terrein van de Rijkswerf staat ook brugdeel van het fregat de Ruyter dat dienst heeft gedaan van 1976 tot 2001. Door de opmerkelijke radarbol had het schip de bijnaam Kojak: de kale personage uit de gelijknamige TV-serie.
Fort Kijkduin
Fort Kijkduin is een van de forten rond Den Helder. Het fort is niet ver van de vuurtoren Lange Jaap in Huisduinen. Fort Kijkduin is gebouwd tussen 1809 en 1811 in opdracht van Napoleon. Het verdedigingswerk is nog geheel in oude staat. In het fort tref je als over de geschiedenis, de bewapening, de verveling in de gewelven en de evacuatie van de burgerbevolking van Den Helder tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Vanaf het fort heb je een magnifiek uitzicht op de Razende Bol en het eiland Texel. Het aquarium geeft een goed beeld van het leven van de vissen in de Noordzee en de Waddenzee.

Marinedagen
Van 23 – 25 juni 2017 vinden in Den Helder de Marinedagen plaats. Op deze open dagen kun je schepen bezoeken. Helikopters, landingsvaartuigen en eenheden van het Korps Mariniers geven demonstraties. Het evenement vindt plaats samen met Sail Den Helder 2017.
Horeca onderweg
Na aankomst kun je in het centrum van Den Helder Koffie drinken. In Fort Westoever, net buiten de rand van de oude stad, is cafe Spijz (maandag en dinsdag gesloten). Daarna kom je tot Breezand bij knooppunt 11 niets tegen. Langs de duinenrij tref je diverse etablissementen. Dit geldt ook voor de Lange Jaap bij Huisduinen. Na het stuk buiten de dijk is bij de veerboot naar Terxel het vermaarde etablissement Land’s End.
Ontvang elke maand gratis het Fietsrondje van de maand
Vul je e-mailadres in om een e-mail te ontvangen als er nieuwe fietsrondjes en verhalen beschikbaar zijn van Bert.
"*" geeft vereiste velden aan