Wie aan Tenerife denkt ziet een vakantie met zon en zee voor zich. En wie wel eens in Tenerife geweest is voor een zon en zee vakantie zal zich de kale droge bergen in het zuiden herinneren. Maar Tenerife heeft meer te bieden dan dat. In het noorden van het vulkaaneiland is het groen en kun je het authentieke canarische leven ervaren.
Het ongerepte noorden
We beginnen in het plaatsje Puerto de la Cruz. Met een last minute naar Tenerife kiezen we dit keer voor Transavia. Misschien wel een klein beetje toeristisch, maar de moeite waard met zijn schitterende subtropische parken en lanen met honderden palmbomen. Je kunt langs de lange boulevard lopen en een kijkje nemen in het authentieke haventje met een piepklein keienstrandje. De trots van deze omgeving is de drakenbloedboom. Als de dorre onderste bladeren van de stronk af worden getrokken begint de boom letterlijk te bloeden. Er stroomt donkerrode dikke vloeistof uit.
Het werkelijke doel van onze tocht is de omgeving ten noorden van Puerto de la Cruz. We rijden richting Tacoronte. Daar bevindt zich La Casa del Vino. Deze gerestaureerde boerenhoeve die gelegen is tussen velden met bananenplantages herbergt een wijnmuseum en een proeflokaal. Op de patio staat een enorme antieke druivenpers en in het museum kun je aan de hand van foto´s en tekeningen zien dat de wijncultuur al decennia bestaat. Een van de bekendste wijnen is de Viña Norte. Zij heeft diverse prijzen gewonnen in Europa. In het proeflokaal proef ik een Viña Norte van 2013. Een volle smaak met een lichte invloed van lava. Want dat is wat deze wijn zo bijzonder maakt. De druiven worden gekweekt op lavazand en vaak op flinke hoogte in de koelere omgeving van het Spaanse eiland. Het bezoek aan het wijnhuis is de zeer moeite waard.
Natuurpark met eeuwenoud laurierbos
We rijden verder noordwaarts en houden de borden Anaga aan. Een half uurtje later komen we terecht in het Anagagebergte, een schitterend natuurpark. Het bevindt zich in het noordoosten van het eiland. Dit gebied, dagelijks onder invloed van de passaatwinden of wolken, is een botanische schat, dankzij zijn rijkdom aan subtropische en endemische flora. Men vindt er bijvoorbeeld een woud met laurier en boomheide die tot twintig meter hoog wordt, en plantensoorten die de derde ijstijd overleefd hebben.
In het Anaga gebergte vind je de meest ongerepte, groene natuur. De steeds groen blijvende vegetatie omvat laurierbossen, jeneverbesbossen, varens, heide en kruiden. Er liggen zelfs nog enkele weinig bezochte dorpjes, waar lokale bewoners mango’s, avocado’s en bananen verbouwen.
Steile wandelpaden voeren in het binnenland door de weelderig begroeide dalen en bossen, langs hoge rotswanden. Boven aangekomen geniet je van een verbluffend uitzicht over de kuststrook. Vanaf het mooie dorp Chamorga bijvoorbeeld voert een steil wandelpad naar de vuurtoren boven op een berg. De route naar La Laguna, de zogenaamde toegangspoort tot het Anaga gebergte, voert van de Pico del Ingles over het plateau van Las Mercedes.
Holbewoners
Tijdens het wandelen kun je vele vogelsoorten en bijzondere planten en bloemen zien. Niet te missen is ook het schilderachtige plaatsje Taganana, dat mooi gelegen is tegen de hellingen van de noordelijke bergen, tussen de palmbomen. Taganana is het mooiste bergdorpje in het Anagagebergte. Pas sinds 40 jaar is het dorpje aan het wegennetwerk aangesloten. Een bezoekje meer dan waard om te genieten van de rust en authentieke Canarische karakter. Taganana betekent in de Guanchen taal: “Land uit de Rotsen”.
We zien hier ook veel holen in de bergen. Plekken waar de Guanchen ( de oerbevolking) vroeger woonden. Maar ook vandaag de dag zie je holen die verbouwt zijn tot eenvoudige woningen.
Een excursie met een boot, langs de fraaie kliffen, ten westen van Taganana, is een aanrader. Ook de vissersplaatsjes Almaciga en Benijo bieden fraaie uitzichten en de baai Roque de las Bodegas is erg in trek bij surfers. Zoek je een paradijselijk strand zonder drukte. Dan rij je naar beneden naar een van de maagdelijke strandjes.
Dineren in de wijnschuur
De beloning na deze prachtige tocht is een heerlijk Canarisch maal. Een absolute aanrader is om een Guachince uit te proberen. Oorspronkelijk is een Guachinche een schuur waar wijn van het land verkocht wordt. De boer mag daar zolang hij wijnvoorraad in de verkoop heeft eenvoudige authentieke gerechten aanbieden zoals Garbanzo´s ( kikkererwten) of geitenvlees met kleine aardappeltjes die in de schil worden gekookt. Er is geen kaart in de Guachince, maar het is de moeite waard om er eens een uit te proberen.
Ga je voor meer civilisatie en voor een aardige prijs stap dan binnen bij Titos Bodeguita aan de rand van Puerto de la Cruz, direct als je de snelweg verlaat. Deze Bodega bevindt zich in een zeventiende eeuws gebouw dat gekoppeld is aan een oude kapel. Op de patio kun je genieten van een schitterende subtropische bloemenpracht. De kaart wordt je gebracht in antieke houten fotolijsten. Een bijzondere plek met uiterst aardig en professioneel personeel en niet te vergeten, een kaart om je vingers bij af te likken.
Meer reisverhalen en tips zoals deze ontvangen?
Vul je e-mailadres in om te genieten van nieuwe reisverhalen en tips van onze contributors.